EBFA roept op tot uitstel van cruciale stemming over 10% sluiting Europese visgronden
4 min readOndanks de komende Europese verkiezingen vindt morgen in Brussel een cruciale stemming plaats over de toekomst van de visserij. De lidstaten moeten beslissen over de instelling van zones die volledig verboden zijn voor visserij en die 10 procent van de Europese wateren vertegenwoordigen.
Een mogelijke sluiting die niet zou worden geregeerd om ecologisch kwetsbare habitats te beschermen, maar om politieke doelen te bereiken. In dit verband stelt de Commissie een nieuwe doelstelling voor, die erop gericht is 10% van de zeebodem van de EU in “referentiegebieden” te plaatsen die vrij zijn van menselijke druk om de natuurlijke variabiliteit ervan te beoordelen.
De EBFA (European Bottom Fisheries Alliance) roept op tot uitstel van de stemming gezien het ontbreken van een effectbeoordeling voor visserijactiviteiten, de aanstaande herziening van de wet waarin deze doelstellingen zijn vastgesteld en de huidige overgangsperiode.
Een oude EU-kaderrichtlijn mariene strategie (KRMS) uit 2008 heeft tot doel het mariene milieu te beschermen en een goede milieutoestand (GES) te bereiken in alle zeebekkens, gemeten aan de hand van verschillende kwalitatieve indicatoren (11 in totaal). Een van de indicatoren verwijst naar ‘de integriteit van de zeebodem’. Bij gebrek aan reeds bestaande wetenschappelijke aanbevelingen over wat een goede milieutoestand zou kunnen zijn, worden talrijke werkzaamheden en discussies geleid door het DG Milieu van de Europese Commissie gedurende meerdere jaren. Wetenschappelijke deskundigen zijn er echter niet in geslaagd om de parameters en indicatoren die verband houden met deze doelstelling duidelijk te definiëren.
Tegen dit scenario heeft de Europese Commissie de lidstaten niets minder voorgesteld dan morgen te stemmen over de totale sluiting van 10 procent van alle Europese visserijgebieden, om reserves te vormen en deze parameters te kunnen meten in zones die als referentiegebieden worden gebruikt. Volgens de EBFA stelt de Europese Commissie daarom een gigantisch experiment voor met gebieden die 10% van al het Europese visgebied beslaat als proef om een slecht gedefinieerde Europese wet uit te voeren.
Iván López, voorzitter van de EBFA stelt: “Gezien de operationele onmogelijkheid om de doelstellingen van deze oude richtlijn te bereiken, had de Europese Commissie een nieuw debat met de Europese instellingen moeten initiëren in plaats van te experimenteren met beleid. Dit is met name relevant gezien het feit dat de Commissie eind 2021 een raadplegingsprocedure heeft geopend om de richtlijn te herzien. Gezien het ontbreken van solide wetenschappelijke onderbouwing voor deze aanpak, kan dit experiment niet anders dan een schot in het duister worden genoemd.’
De sector bekritiseert ook inconsistenties met ander fundamenteel milieubeleid, zoals Natura 2000 of de wet op het natuurherstel, waarvan de criteria en de definitie van een ecosysteem in ‘goede’ staat anders zijn. In feite is er geen wetenschappelijk onderbouwde doelstelling voor soortenrijkdom en populatiegrootte om het succes van de KRMS te meten. Beslissingen lijken dus puur te worden ingegeven door politieke willekeur.
De EBFA voert aan dat het ter stemming voorgelegde voorstel niet toestaat dat er een prioriteit wordt gegeven aan het type habitat dat moet worden beschermd, noch dat rekening kan worden gehouden met visserijactiviteiten. Het verbod zou dus van toepassing zijn op al het vistuig dat in contact komt met de bodem, ongeacht de kenmerken en effecten ervan, die nochtans zeer verschillend zijn. De sector stelt dat het, in een tijd waarin duizenden vierkante kilometers worden aangewezen voor offshore windparken, disproportioneel is om extra verliezen van visgronden op te leggen zonder duidelijke, data gedreven ecologische doelstellingen.
Bovendien bekritiseert de EBFA opnieuw dat er geen sociaaleconomische effectbeoordeling is uitgevoerd, ondanks het feit dat dit wettelijk verplicht is en de onmiskenbare impact die het voorstel zal hebben op alle visserijbedrijven en de toeleveringsketen.
Iván López concludeert: “De Commissie stelt nu iets voor dat centraal stond in het politieke debat van de EU, zoals een verbod op bodemvisserij in 30 % van onze zeeën, een idee dat door de medewetgevers van de EU: het Parlement en de Raad van de EU werd genegeerd. Een raad die op dit moment de Natuurherstelwet blokkeert omdat er geen rekening wordt gehouden met boeren en vissers of voedselproductie.’
“In de context van de komende verkiezingen voor het Europees Parlement is het duidelijk dat de huidige inspanning, met inbegrip van de voorgestelde evaluatie van het GVB, politiek gemotiveerd is. Deze besluiten moeten na de verkiezingen door de nieuwe Commissie worden genomen, op basis van een nieuw politiek mandaat en geanalyseerd door het nieuwe Parlement. Als we dat nu doen, zonder enige democratische controle door het Parlement en onder leiding van een vertrekkende commissaris die kandidaat is voor het volgende Parlement, vrezen we dat de enige reden hierachter politiek is en dat we een fel debat moeten voeren tegen het nieuwe mandaat dat het Europese volk na de verkiezingen heeft gegeven.”
Persbericht EBFA Brussel, 21 mei 2024
UPDATE 22/05/2014 – Vandaag heeft het vuile spel van de Europese Commissie gefaald. Laat dit een les geweest zijn.
Hoje a jogada suja da Comissão Europeia falhou. Era bom que fosse uma lição pic.twitter.com/3hnAcN2jCQ
— Luís Vicente (@VicenteOlisipo) May 22, 2024