Rederscentrale verheugd over vangstquota 2020
2 min readIets na zes uur deze ochtend werd in Brussel tussen de Europese ministers bevoegd voor visserij een akkoord bereikt over de visserijmogelijkheden en de vangstquota 2020 in de West-Europese zeeën.
De uitkomsten voor de doelsoorten van de Vlaamse visserij zijn heel positief. Het totale quotum voor tong, dat tot 50% van de omzet van de sector uitmaakt, stijgt met ongeveer 40%. Voor pladijs (schol), de soort die het meest door de Belgische vaartuigen gevangen wordt en op de tweede plaats komt qua omzet, blijft het quotum op hetzelfde niveau.
Het is vooral door kabeljauw, waarvoor de wetenschappelijke analyses mindere uitkomsten hebben, dat de onderhandelingen toch weer nachtwerk voor de ministers en hun team hebben opgeleverd. Ook voor de Belgische visserij was dit van belang omdat er door de regelgeving rond de aanlandplicht heel wat zaken moesten bekeken worden om in 2020 vroegtijdige sluitingen van visgronden te vermijden. Kabeljauw is geen doelsoort, maar zonder voldoende quotum zouden belangrijke visgebieden op tong en pladijs niet meer toegankelijk zijn. Vlaams minister Hilde Crevits, bevoegd voor visserij, en haar team hebben gedurende twee dagen hard gewerkt om de wetenschappelijke vaststellingen te duiden en aan de Europese Raad aan te tonen dat de Vlaamse visserij dit op een duurzame manier kan beheren.
Voor de andere belangrijke soorten voor de Vlaamse visserij zijn er gemengde uitkomsten. Op sommige visgronden mag er minder tarbot, en tongschar worden gevangen, maar in andere gebieden is er zelfs geen beperking nodig. Alle visserijmogelijkheden op rog en zeeduivel blijven stabiel of gaan erop vooruit.
“De leden van de Rederscentrale zijn tevreden dat hun inspanningen rond het verduurzamen van de Vlaamse visserij resultaten opleveren en dat onze visserijmogelijkheden erop vooruitgaan”, zegt Geert De Groote, voorzitter en reder van het vissersvaartuig Z.98 Op Hoop Van Zegen. “We hebben de onderhandelingen van nabij opgevolgd en vastgesteld dat onze samenwerking met de wetenschap om de verduurzaming van de sector te begeleiden heel nuttig blijkt. Ik wil ook minister Crevits bedanken, die erin geslaagd is om in een korte tijd de complexiteit van onze sector te leren kennen en op een deskundige manier de Vlaamse visserijbelangen heeft verdedigd in de Europese ministerraad.”