Visserij.nl

Nieuws over de beroepsvisserij

Zorgen over ruimte op zee in Mid-Channel Conference

5 min read

Windpark op Noordzee Foto EMK

Bezorgdheid over de ruimte op zee werd een belangrijk onderdeel van de agenda van de laatste Mid-Channel Conference, die sinds de jaren 1980 partijen uit Nederland, België, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk samenbrengt om gedeelde uitdagingen te bespreken.

De conferentie van dit jaar werd georganiseerd door de Belgische Rederscentrale, en een prominent onderwerp van discussie was de kwestie van maritieme ruimtelijke ordening en de diepgaande impact die deze heeft op de industrie en gemeenschappen. In de gezamenlijke verklaring Spatial Squeeze laat men het volgende weten:

Als vertegenwoordigers van de visserij-industrie uit het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, België en Nederland zijn we bijeengekomen op de Mid Channel Conference, waar een agendapunt werd toegevoegd om het escalerende probleem van de ruimtelijke druk in onze gedeelde maritieme wateren aan te pakken. Deze conferentie, oorspronkelijk geïnitieerd door de visserijsectoren van onze respectieve naties in de jaren 1980, is lange tijd een platform geweest voor het bevorderen van samenwerking, begrip en praktische oplossingen voor gemeenschappelijke uitdagingen. Dit jaar, georganiseerd door Rederscentrale, is onze focus vooral gericht op het probleem van maritieme ruimtelijke ordening en de diepgaande impact die dit heeft op onze industrie en gemeenschappen.

In de afgelopen decennia is de behoefte aan ruimte tussen verschillende sectoren in de wateren van het Kanaal aanzienlijk toegenomen, waaronder offshore windparken, transport, toerisme en de oprichting van beschermde mariene gebieden (MPA’s). Hoewel we het belang van deze ontwikkelingen erkennen, hebben de snelle uitbreiding en de beperkte coördinatie de beschikbare ruimte voor visserijactiviteiten steeds verder beperkt. Dit is met name zorgwekkend omdat de visserij een cruciale rol speelt bij het waarborgen van de voedselzekerheid en het levensonderhoud van veel mensen in onze landen, met name in kustgemeenschappen en degenen die actief zijn in de hele waardeketen van zeevruchten.

De visserijsector is al aan veel regels gebonden, er wordt alleen gevist in gebieden waar het is toegestaan. Elk jaar wordt de ruimte waar mag worden gevist echter kleiner, wat aanleiding geeft tot ernstige bezorgdheid over de duurzaamheid van onze activiteiten en de mogelijke overconcentratie van verplaatste visserij-inspanningen in de resterende gebieden. Een dergelijke concentratie brengt niet alleen de economische levensvatbaarheid van de sector in gevaar, en dus de beschikbare ruimte voor de productie van voedsel op zee, en de plaatselijke uitputting van de visbestanden, maar ook een grotere druk op het mariene milieu, wat in tegenspraak is met de doelstellingen – waaraan de visserijsector zich ook toelegt – die de inspanningen op het gebied van ruimtelijke ordening en instandhouding beogen.

Zorgen over offshore windparken en projecten voor hernieuwbare energie

We erkennen de kritieke behoefte aan hernieuwbare energie om klimaatverandering tegen te gaan. Het huidige tempo van de ontwikkeling van offshore windparken, waarbij vaak onvoldoende rekening wordt gehouden met de bredere gevolgen ervan, stelt onze sector echter voor aanzienlijke uitdagingen. Deze installaties verminderen niet alleen de beschikbare ruimte voor de visserij, maar brengen ook veiligheidsrisico’s met zich mee voor onze schepen en andere maritieme gebruikers. Bovendien zijn de mogelijke neveneffecten van deze projecten op de mariene ecosystemen en de verspreiding van vissen niet adequaat bestudeerd of gemitigeerd, wat van invloed is op ons vermogen om in de resterende open wateren te opereren.

Kennislacunes en bijdragen van de industrie

Van de visserijsector wordt vaak verwacht dat zij lacunes in de wetenschappelijke kennis overbrugt, met name met betrekking tot de milieueffecten van onze activiteiten. Desondanks worden onze bijdragen en expertise vaak over het hoofd gezien in besluitvormingsprocessen. We benadrukken dat onze industrie aanzienlijke middelen heeft geïnvesteerd in onderzoek en innovaties die gericht zijn op het verkleinen van onze ecologische voetafdruk. Uit studies, zoals die van UNCTAD, blijkt dat vissersvaartuigen slechts een klein deel van de wereldwijde CO2 emissies en dat de visproductie een lagere ecologische voetafdruk heeft in vergelijking met andere dierlijke eiwitten. Toch zetten we ons in om onze impact verder te minimaliseren door voortdurende innovatie en samenwerking. Op onze beurt vragen wij dat deze inspanningen worden erkend en in aanmerking worden genomen in de mariene ruimtelijke ordeningsprocessen van onze verschillende landen.

Naar een geïntegreerde mariene ruimtelijke ordening

Om de uitdagingen van de ruimtelijke krapte aan te pakken, pleiten we voor een geïntegreerde aanpak van de mariene ruimtelijke ordening. Deze aanpak moet prioriteit geven aan meervoudig gebruik van mariene ruimtes, waardoor verschillende activiteiten naast elkaar kunnen bestaan, waaronder duurzame visserij, hernieuwbare energie en natuurbehoud.

De belangrijkste aanbevelingen zijn:

  1. Regionale en internationale overwegingen: Mariene ruimtelijke ordening moet rekening houden met de ruimtelijke spreiding van verschillende vissersvloten over de nationale grenzen heen en de verplaatsing van visserijactiviteiten analyseren, waarbij de cumulatieve impact van ruimtelijke beperkingen op zowel regionaal als zeebekken niveau wordt erkend. Dit vereist een gecoördineerde aanpak die de nationale grenzen overstijgt en het gedeelde karakter van onze maritieme hulpbronnen erkent.
  2. Zinvol overleg met de visserijsector: De visserijsector actief betrekken bij alle stadia van de mariene ruimtelijke ordening. De kennis en ervaring van vissers zijn van onschatbare waarde en moeten volledig worden erkend en geïntegreerd in besluitvormingsprocessen.
  3. Innovaties voor multifunctioneel gebruik: Investeer in en ondersteun innovaties die de co-locatie van visserijactiviteiten met ander maritiem gebruik mogelijk maken, met name in gebieden die zijn aangewezen voor hernieuwbare energie en natuurbehoud. We moeten rekening houden met veiligheidskwesties, wat een van de belangrijkste redenen is waarom vissers offshore windmolenparken vermijden. Daarom zijn deze gebieden gesloten voor de duur van hun levensduur, niet alleen voor de ontwikkelingsfase.
  4. Een nieuwe kijk op uitsluitingszones: Heroverweeg de volledige uitsluiting van visserijactiviteiten uit beschermde mariene gebieden. Bepaalde vormen van duurzame visserij zijn verenigbaar met instandhoudingsdoelstellingen, waardoor een efficiënter gebruik van de mariene ruimte mogelijk wordt.
  5. Zekerheid rond ontmanteling: Er moet de zekerheid worden gegeven dat aan het einde van de operationele levensduur van een windpark de locatie ofwel volledig zal worden ontmanteld (inclusief de verwijdering van alle onderzeese infrastructuur) ofwel opnieuw zal worden aangedreven met nieuwe turbines. Dit zal ervoor zorgen dat visgronden niet voor altijd verloren gaan zodra een windpark is aangewezen, wat zal helpen om de druk van de ruimtelijke druk te verlichten zodra ontmantelde locaties worden heropend voor visserij.

Naarmate we verder gaan, is het van cruciaal belang dat de stem van de visserijsector niet alleen wordt gehoord, maar ook wordt gehoord en dat ernaar wordt gehandeld bij de mariene ruimtelijke ordening en de daarmee samenhangende ontwikkelingen in de mariene ruimte. De uitdagingen waarmee we worden geconfronteerd zijn complex, maar door samenwerking, innovatie en toewijding aan duurzame praktijken kunnen we oplossingen vinden die de gezondheid van onze oceanen, de duurzaamheid van onze visserij en de zekerheid van onze voedselvoorziening waarborgen.

Wij, de vertegenwoordigers van de visserijsectoren uit het VK, Frankrijk, België en Nederland, zijn verenigd in onze toewijding aan deze principes en dringen er bij alle belanghebbenden op aan om met ons samen te werken aan een evenwichtig en billijk gebruik van onze gedeelde maritieme ruimtes.

Joint Statement Spatial Squeeze – Mid Channel Conference