Groot deel visbestanden Nederlandse visserij in Noordzee staan er goed
6 min readEen groot deel van de belangrijkste visbestanden voor de Nederlandse visserij in de Noordzee staan er goed voor, maar er zijn zorgen om onder andere kabeljauw, zeebaars en tong, volgens de Internationale Raad voor Onderzoek der Zee (ICES).
De Europese Raad van Visserijministers stelt eind 2020 de nieuwe vangstquota vast voor 2021. De vangstadviezen van ICES spelen daarbij een belangrijke rol.
ICES geeft op verzoek van de Europese Commissie advies over de maximale hoeveelheden vangst die kunnen worden gerealiseerd binnen de afgesproken doelstellingen in het Europese Visserijbeleid. Ook in 2020 heeft ICES advies gegeven, zij het in beknopte vorm vanwege de COVID-19 pandemie. De gevolgen van de pandemie op de adviezen zullen hoofdzakelijk volgend jaar inzichtelijk worden.
Gezond haringbestand, vangstadvies wel omlaag
De omvang van het haringbestand fluctueert door natuurlijke oorzaken. Naar schatting zwemt er 1.3 miljoen ton volwassen haring in de Noordzee, Kattegat, Skagerrak en het oostelijke deel van Het Kanaal. Door lagere aanwas is het bestand de afgelopen jaren wel afgenomen, en bevindt zich nu rond het streefniveau dat nodig is voor het realiseren van de lange termijn duurzame oogst (‘maximum sustainable yield’, MSY). De visserijdruk is laag en ligt al sinds 1996 onder het MSY-streefniveau. Om het bestand rond het streefniveau te houden, adviseert ICES voor deze gebieden op basis van de MSY-benadering voor 2021 een lagere haringvangst van 365 792 ton, waarvan 359 367 ton voor menselijke consumptie en 6 425 ton voor de industrievisserij.
Herziene perceptie voor Noordzeetong
De perceptie van het tongbestand is in 2020 naar beneden bijgesteld door een verbetering in de rekenmethodiek waarin een extra survey-onderzoek is toegevoegd. Door deze aanpassing schat ICES nu dat het bestand zich net boven het paaistand-limietniveau bevindt. Sinds 1997 is de visserijdruk op dit bestand sterk afgenomen richting het MSY-streefniveau. Voor tong geldt een Europees meerjarig beheerplan voor de gemengde visserij in de Noordzee (Multi-Annual Plan, hierna: Noordzee-MAP). Met dit plan moeten de doelsoorten in de gemengde Noordzeevisserijen gezamenlijk zo worden beheerd dat voor ieder afzonderlijk bestand (uiteindelijk) de maximaal duurzame oogst (MSY) wordt behaald en vastgehouden. De erg sterke nieuwe jaarklasse uit 2018 zorgt voor een hoger ICES-vangstadvies, waarmee de totale vangst van tong in de Noordzee binnen de bandbreedte van 13 237 ton en 32 920 ton moet blijven.
Scholstand onverminderd gezond
Het scholbestand in de Noordzee en het Skagerrak bevindt zich nog steeds op recordgrootte, ver boven het MSY-streefniveau. De visserijonderzoekers schatten dat er nu meer dan 1.2 miljoen ton aan volwassen schol rondzwemt (1 253 492 ton). Sinds de start van de bestandschatting in 1957 is niet eerder zoveel schol gemeten. De sterke toename van het bestand is vooral gekoppeld aan de forse afname van de visserijdruk. De schol wordt al 11 jaar op of onder het MSY-streefniveau voor de visserijdruk bevist. Dit visbestand is een gedeeld bestand met Noorwegen. ICES adviseert op basis van de MSY-benadering een totale vangst van maximaal 162 607 ton schol voor de Noordzee en het Skagerrak.
Bijvangstsoorten tonen gevarieerd beeld
ICES gaf ook vangstadviezen voor een aantal soorten die niet tot de belangrijkste doelsoorten van de Nederlandse visserij horen, maar die wel van waarde zijn, omdat ze commerciële bijvangst in de visserij op platvis vormen (tarbot, griet, kabeljauw, wijting, zeebaars).
Tarbotstand gezond, vangstadvies toch omlaag
Het bestand tarbot bevindt zich sinds 2013 boven het MSY-streefniveau, en wordt op bijna 8 400 ton geschat. De visserijdruk ligt sinds 2012 onder het MSY-streefniveau en in de meeste recente jaren op dit niveau. Tarbot is onderdeel van het Noordzee-MAP. Voor 2021 wordt er voor het eerst een MSY advies door ICES afgegeven waar voorheen op basis van het voorzorgsprincipe werd geadviseerd. De visserijdruk die bij MSY past, is lager dan die onder het voorzorgsprincipe. Het vangstadvies voor 2021 komt uit op maximaal 3 948 ton tarbot in de Noordzee. De schatting van het tarbotbestand zou volgens ICES verder verbeterd kunnen worden door een gericht jaarlijks survey-onderzoek op de Noordzee. De Nederlandse visserijsector is daarom samen met Wageningen Marine Research in 2018 gestart met een bedrijfssurvey gericht op tarbot en griet.
Gezonde situatie voor griet
Voor het grietbestand zijn er onvoldoende gegevens om een uitgebreide bestandschatting uit te voeren. Griet is daarmee een gegevensarm bestand. De index, die wordt berekend op basis van het vangstsucces van Nederlandse kotters, geeft aan dat het bestand sinds 2015 afneemt maar in 2019 weer is toegenomen. Over de afgelopen vijf jaar komt dat neer op een daling van 22%. Het bestand bevindt zich echter nog steeds boven het MSY-niveau. De visserijdruk is minder dan het MSY-streefniveau en daarmee ook op een gezond niveau. Voor gegevensarme bestanden adviseert ICES altijd volgens de voorzorgsbenadering. ICES adviseert voor griet in de Noordzee, Kattegat, Skagerrak en in Het Kanaal een vangst van maximaal 2 047 ton in 2021.
Kabeljauwbestand onder het limietniveau
Na een historisch dieptepunt in 2004 raakte het kabeljauwbestand in de Noordzee, Skagerrak en in het oostelijke deel van Het Kanaal in 2015 uit de gevarenzone. De voorzichtig ingezette groei zette niet door, en het bestand is nu opnieuw ruim onder het limietniveau. Dit betekent dat het bestand een verminderde capaciteit heeft om zich te kunnen voortplanten. Naar schatting zwemt er ongeveer 56 000 ton volwassen kabeljauw in de Noordzee. De visserijdruk is toegenomen, en deze ligt nu ook hoger dan het limietniveau. Omdat het ook hier, net als bij schol, om een gedeeld bestand gaat met Noorwegen, adviseert ICES volgens de MSY-benadering. Daarbij luidt het advies van ICES voor deze gebieden dat de visserij in 2021 maximaal 14 755 ton kabeljauw mag vangen.
Wijtingbestand groeit gestaag
Het wijtingbestand in de Noordzee en het oostelijke deel van Het Kanaal bevindt zich op het MSY-streefniveau. Het bestand aan volwassen wijting wordt geschat op bijna 170 000 ton. De visserijdruk is iets hoger dan het MSY-streefniveau. Ook hier gaat het om een gedeeld bestand met Noorwegen. Het advies luidt dat bij een visserijdruk op MSY-niveau in totaal maximaal 26 304 ton wijting mag worden gevangen, waarvan uit de Noordzee 19 759 ton voor menselijke consumptie.
Zeebaars voorzichtig in de lift
Het zeebaarsbestand in de zuidelijke en centrale Noordzee, Ierse Zee, Het Kanaal, Bristol Kanaal en de Keltische Zee komt net boven het limietniveau uit en wordt geschat op 11 000 ton. De visserijdruk is vanaf 2013 fors afgenomen en ligt onder het MSY-niveau, wat resulteert in een lichte groei van het bestand. ICES adviseert op basis van het MAP voor de westelijke wateren dat de totale vangst voor deze gebieden in 2021 binnen de bandbreedte van 1 684 ton en 2 000 ton moet blijven. Voor de recreatieve visserij betekent dit een vangst van tussen de 442 en 526 ton.
Advisering door ICES
Onderzoekers van Wageningen Marine Research presenteerden op 30 juni de visserijadviezen van ICES voor de belangrijkste soorten voor de Nederlandse sector aan het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, de visserijsector en maatschappelijke organisaties. ICES maakt elk jaar een schatting van de bestanden en de hoogte van de visserijdruk, en geeft daarna advies aan de Europese Commissie over hoeveel er zou mogen worden gevangen om de doelen van het Gemeenschappelijke Visserijbeleid te halen. Het Europese beleid heeft als doel om de visserijdruk zo te reguleren dat de maximaal duurzame oogst (MSY, ‘Maximum Sustainable Yield’) wordt behaald. Dit is de visserijdruk die leidt tot de hoogst mogelijke oogst van een visbestand op de lange termijn.
ICES heeft voor meer dan 20 visbestanden in de Noordzee advies afgegeven. In december maakt de Europese Commissie voor een aantal gezamenlijk beheerde bestanden vangstafspraken met Noorwegen. Aan het eind van het jaar stelt de Raad van Visserijministers de toegestane vangsten voor 2021 vast.
Tabel: Ontwikkelingen paaibestanden en visserijdruk, totaal toegestane vangsten in 2020 en ICES-advies voor 2021 (in tonnen) voor vissoorten die belangrijk zijn voor Nederlandse visserij.
1 TAC = totale vangst = vis die voldoet aan de minimummaat (maats) + ondermaatse vis. Voor haring en wijting (Noordzee-deel) in deze tabel weergegeven voor de visserij voor menselijke consumptie.
2 Vanwege de invoering van de Europese aanlandplicht geeft ICES advies voor de totale vangst (maats + ondermaats). Voor haring en wijting (Noordzee-deel) in deze tabel weergegeven voor de visserij voor menselijke consumptie.
3 Procentueel verschil tussen de geadviseerde TAC 2021 (dus incl. ondermaatse vangst) en de vastgestelde TAC voor 2020 (incl. ondermaatse vangst). Voor haring en wijting gaat het om de visserij voor menselijke consumptie. Voor haring is de ondermaatse vangst verwaarloosbaar.
4 MSY-niveau
5 MSY-bandbreedte
6 Voor tarbot en griet geldt gezamenlijke totale TAC. Het is niet mogelijk het verschil tussen het advies per soort en de vastgestelde gezamenlijke TAC te berekenen.
7 TAC Noordzee.
8 De Europese Raad van Visserij Ministers heeft geen TAC voor 2020 vastgesteld. Wel is er onder voorwaarden beperkte vangst toegestaan.