Kritieke behoefte aan regeling voor makreel verdeling, Europese makreel blijft verantwoord
2 min read
Makreel
Aan de vooravond van de volgende ronde van het overleg tussen de kuststaten over makreel dringt de visserijsector van de EU er nogmaals bij de besluitvormers op aan om eindelijk overeenstemming te bereiken over een alomvattende regeling voor de verdeling van dit bestand.
Als dit niet lukt, zouden vissers een tijdelijke noodregeling voor 2026 verwelkomen. Ondertussen herinnert de industrie consumenten en detailhandelaren eraan dat makreel uit de EU nog steeds verantwoord verkregen makreel is.
De kuststaten van makreel (EU, VK, Noorwegen, Faeröer, IJsland, Groenland) komen op 16 en 17 oktober opnieuw bijeen voor overleg over de totaal toegestane vangst voor 2026 en een verdelingsregeling. Zoals vermeld in haar recente standpuntnota over de vangstmogelijkheden [1], ziet de EU-industrie geen andere optie dan het wetenschappelijk advies voor 2026 (174 357 ton, een daling met 70%) op te volgen, in het belang van het bestand en onze eigen toekomst als makreelvissers. De EU betaalt nog steeds de prijs voor de langdurige overbevissing – tot 40% – door andere vloten. Er moet onverwijld actie worden ondernomen tegen dit onverantwoordelijke gedrag, aangezien de belangrijkste en meest waardevolle pelagische visserij in de EU dreigt in te storten.
De industrie roept alle kuststaten op om hun uiterste best te doen om een uitgebreide deelregeling te creëren die echte, duurzame historische staat van dienst en belangen weerspiegelt. De huidige overbevissing mag niet worden meegeteld voor een betere visserijstaat van dienst voor de betrokken partijen. Een noodregeling zou kunnen worden geïnspireerd op de verdeelsleutel van de vorige verdelingsregeling, om de kansen van het bestand op herstel naar een veerkrachtigere biomassa te vergroten. Zowel een noodregeling als een definitieve regeling moet-bepalingen bevatten om de vangsten in internationale wateren te beperken en om deze vangsten ten volle in aanmerking te nemen bij de benutting van de quota van elke kuststaat.
Aangezien het wetenschappelijk verantwoord wordt geacht om in 2026 (en 576 958 ton in 2025) 174 357 ton makreel te vangen, en aangezien de EU de enige is die deze beperkingen nog handhaaft, is het een klap in het gezicht van de vissers in de EU dat sommige milieu-ngo’s detailhandelaren en consumenten in de EU oproepen om te stoppen met de verkoop en aankoop van alle makreel – inclusief die in de EU zijn gevangen – en dat detailhandelaren in sommige EU-lidstaten in feite dat precies doen.
Tim Heddema, woordvoerder van de pelagische visserijsector in de EU, licht toe: “Deze acties van NGO’s en retailers zijn buitengewoon teleurstellend en ongepast en doen geen recht aan het wetenschappelijke advies. De gevolgen zullen juist worden gevoeld door de vissers die het minst verantwoordelijk zijn voor de huidige achteruitgang van het bestand, terwijl deze oproepen tot een boycot ontbreken in de kuststaten die verantwoordelijk zijn voor overbevissing. Die partijen zullen hun houding niet ineens veranderen als Anna uit Amsterdam geen makreel meer kan vinden in haar plaatselijke supermarkt. De oplossing voor het probleem is een overeenkomst tussen de kuststaten en daar moet iedereen zich op richten. In de tussentijd blijft Europese makreel een verantwoorde keuze voor de consument.
[1] Standpuntnota van de EAPO-NPWG over de vangstmogelijkheden in 2026.
Persbericht: Europêche