Aanvaring met Britse onderzeeër veroorzaakte schade aan kotter
2 min readEen onderzeeër van de Royal Navy is wel verantwoordelijk voor de schade aan de in Ardglass geregistreerde kotter B 317 ‘Karen’ die in april dit jaar op mysterieuze wijze door de Ierse zee werd gesleept.
Het Ministerie van Defensie (MoD) heeft nu gezegd dat een Britse onderzeeër betrokken was bij het incident, zo meldt de BBC hier. Er is “nieuwe informatie” boven water gekomen dat een onderzeeër van de Britse Royal Navy wel verantwoordelijk is voor schade aan de kotter.
De in het Ierse Ardglass geregistreerde kotter B 317 ‘Karen’ lag in april dit jaar ongeveer 20 mijl uit de noord Ierse kust te vissen toen het schip aan iets vast kwam te zitten en ineens achteruit werd gesleept.
Schipper Paul Murphy vertelde toen dat zij op een gegeven ogenblik met een snelheid van meer dan zeven knopen achteruit werden gesleept. Toen de bakboord davit los brak van de opbouw en over de reling werd gebogen heeft de bemanning de remmen van de lier losgedraaid en daarmee net, borden en visdraad in zee hebben laten lopen.
Daarna is de kotter terug gevaren naar de haven van Ardglass. Volgens de schipper heeft de bemanning geluk gehad, de kotter was bijna gekapseisd en er was aanzienlijke materiële schade. Murphy was vooral boos omdat de onderzeeër niet boven water is gekomen na het incident.
Het Britse ministerie van Defensie deed destijds geen verklaringen over de activiteiten van Britse onderzeeërs.
Nu zeg de minister van de Britse strijdkrachten Penny Mordaunt In een schriftelijke verklaring aan het Britse Lagerhuis (House of Commons) het incident en de gevolgen daarvan te betreuren. Het ongeluk gebeurde omdat de onderzeeër de kotter niet correct wist te identificeren als een vissersvaartuig met de netten in het water.
Schipper Paul Murphy van de kotter is maandagmorgen via een brief van de Royal Navy in kennis gesteld over de nieuwe ontwikkelingen rond het incident. In de brief worden aan Murphy en zijn bemanning excuses aangeboden voor het veroorzaken van een “angstaanjagend incident”, en dat het ministerie van defensie contact met hem zal opnemen om een schadevergoeding te bespreken.