EU en VK bereiken akkoord over vangstmogelijkheden voor 2023
3 min readVandaag heeft de EU een overeenkomst gesloten met het Verenigd Koninkrijk over de vangstmogelijkheden voor 2023 voor visbestanden die bilateraal met het VK worden gedeeld in het noordoostelijke deel van de Atlantische Oceaan.
De overeenkomst zal bijdragen tot het duurzame beheer van gezamenlijk beheerde visbestanden in de wateren van beide partijen en zal zorgen voor stabiliteit en voorspelbaarheid voor vloten en exploitanten. Zij is van toepassing op meer dan 74 bestanden en waarborgt vangstmogelijkheden van meer dan 350 000 ton voor de EU-vloot, die op basis van historische aanlandingsprijzen naar schatting ongeveer 1 miljard EUR waard zijn, gecorrigeerd voor inflatie.
De overeenkomst sluit het derde jaarlijkse overleg over vangstmogelijkheden tussen de EU en het VK in het kader van de handels- en samenwerkingsovereenkomst tussen de EU en het VK (TCA). Het heeft betrekking op alle gedeelde en gezamenlijk beheerde visbestanden in de wateren van de EU en het VK, waarbij de totaal toegestane vangstbeperkingen (TAC’s) voor 2023 voor de gedeelde bestanden worden vastgesteld, evenals wederzijdse toegang tot de visserij op tonijn.
De overeenkomst is gebaseerd op het beste beschikbare wetenschappelijke advies over de toestand van de visbestanden, zoals verstrekt door de Internationale Raad voor het onderzoek van de zee (ICES). Er wordt rekening gehouden met belangrijke duurzaamheids- en beheersbeginselen, zoals de maximale duurzame opbrengst (MDO) en de voorzorgsbenadering, die centraal staan in het gemeenschappelijk visserijbeleid (GVB) van de EU en in het visserijhoofdstuk van het TCL.
Daarnaast hebben de partijen zich ertoe verbonden om in de loop van volgend jaar binnen de gespecialiseerde Commissie visserij EU-VK verschillende concrete werkstromen te ontwikkelen om het duurzame beheer van gedeelde visbestanden te verbeteren, waaronder een evaluatie van technische maatregelen om kwetsbare bestanden in zeebekkens te beschermen.
Volgende stappen
De overeengekomen vangstbeperkingen zullen door de Raad worden opgenomen in de verordening inzake vangstmogelijkheden voor 2023, waarover tijdens de recente Raad van EU-visserijministers politiek overeenstemming is bereikt.
De partijen zullen in de loop van 2023 in de loop van het jaar overleg plegen over drie andere gezamenlijk beheerde bestanden, waarvoor het wetenschappelijk advies niet overeenkomt met het kalenderjaar: sprot (Noordzee en het Kanaal) en zandspiering (Noordzee, alle oevers).
Achtergrond
Na het vertrek van het VK uit de EU worden de meeste bestanden in de EU-wateren van het noordoostelijke deel van de Atlantische Oceaan nu gedeeld met niet-EU-landen, met name het VK.
De handels- en samenwerkingsovereenkomst tussen de EU en het VK voorziet in gezamenlijk beheerde bestanden tussen de EU en het VK, waarvoor de partijen jaarlijks overleg plegen om vangstbeperkingen vast te stellen. De respectieve aandelen van de partijen in deze bestanden zijn vastgelegd in het TCL, dat ook voorziet in wederzijdse toegang voor de vloten van beide partijen tot de wateren van de andere partij. Het TCL voorziet ook in wederzijdse toegang tot quotavrije visbestanden op historische visserijniveaus.
De overeenkomst met het VK volgt op de recente overeenkomst met de kuststaten in het noordoostelijke deel van de Atlantische Oceaan over vangstbeperkingen voor makreel, blauwe wijting en Atlanto-Scandische haring voor 2023, evenals de trilaterale overeenkomst tussen de EU, het VK en Noorwegen met betrekking tot zes belangrijke visbestanden die door de drie partijen in de Noordzee worden gedeeld. Momenteel is bilateraal overleg met Noorwegen aan de gang.
Voor meer informatie