Boomkorvisserij kan leiden tot een verhoogde productie van vis
3 min read‘Schade’ die door boomkor en soortgelijke vistuigen wordt toegebracht aan het ecosysteem van de zeebodem, kan leiden tot een verhoogde productie van vis en meer vangst en een verhoging van de maximale duurzame opbrengst (MSY). Dat is de tegenintuïtieve conclusie van een modelstudie door onderzoekers van IMARES Wageningen UR in een nieuw verschenen artikel in het wetenschappelijke tijdschrift Proceedings of the Royal Society of London B.
Meer voedsel voor vis
Het productieverhogende effect van vistuigen die de bodem beroeren is het gevolg van een verschuiving in de concurrentieverhoudingen binnen het benthos, de ongewervelde bodemdieren waar met name platvis van leeft. Sommige benthos-soorten zijn erg gevoelig voor verstoring door vistuigen. Wanneer deze soorten in aantal afnemen door visserij, kunnen minder gevoelige benthos-soorten daarvan profiteren en toenemen. Wanneer deze minder gevoelige soorten tevens de belangrijkste voedselsoorten voor vis zijn, leidt dit tot meer voedsel voor vis, en daardoor tot meer productie van vis en hogere vangsten.
Schelpdieren
In het omgekeerde geval, wanneer juist de gevoelige soorten het belangrijkste voedsel voor vis vormen, leidt de bodemverstoring juist tot een versnelde afname van benthos, vis en vangsten. “Maar”, vertelt Daniel van Denderen, hoofdauteur van het artikel, “Er zijn aanwijzingen dat dieren met harde delen, zoals schelpdieren, het hardst worden getroffen door boomkorvisserij. Terwijl die schelp ze juist tot minder aantrekkelijk visvoer maakt”. Het lijkt dus dat dit mechanisme in de Noordzee een rol zou kunnen spelen.
Kwetsbare soorten
Benthos-soorten die erg kwetsbaar zijn zullen onder alle omstandigheden afnemen bij meer visserij. Dat zijn vaak grote, langlevende soorten die een belangrijke bijdrage aan de biodiversteit leveren. Op basis daarvan is een verlies van biodiversiteit in het benthos, ondanks de hogere productie, allerminst ondenkbaar.
Duurzame bodemvisserij
Een opvallend ander resultaat van de studie is dat het visbestand juist dankzij het stimulerend effect van visserij op het visvoer kan voortbestaan bij hoge visserij-intensiteit, waarbij het normaliter zou instorten. Dat betekent dat het verlagen van de bij-effecten van vistuigen op benthos, zonder aanpassing van de visserij-intensiteit, zou kunnen leiden tot een verlaging van het visbestand. Deze bevindingen zijn van groot belang voor de verduurzaming van de bodemvisserij, die op Europees niveau gaande is.
Boomkorvisserij is in de noordzee een zeer succesvolle visserijtechniek, maar wordt tegenwoordig veel bekritiseerd als een van de minder duurzame vormen van visserij, mede vanwege het verstorende effect op de zeebodem. Momenteel vind veel onderzoek plaats naar technieken om de bodemverstoring van boomkortuigen te verminderen. Dit onderzoek toont aan dat juist die bij-effecten een factor kunnen zijn geweest bij het succes van de boomkorvisserij in de Noordzee de afgelopen decennia.
Berekenen effecten met model
“Ons model combineert een aantal aspecten van hoe wetenschappers veronderstellen dat visserij inwerkt op het bodemleven en hoe vis onderdeel is van een groter ecosysteem”, aldus Van Denderen. “Het stelt ons vervolgens in staat om van al die veronderstellingen samen de netto-effecten te berekenen. Die blijken behoorlijk tegenintuïtief te zijn.” Van Denderen hoopt over enkele jaren op dit onderwerp te promoveren.
In het model dat in deze studie gebruikt wordt, is het zeebodem-ecosysteem vereenvoudigd tot één type vis waarop gevist wordt en twee groepen benthos, die één voedselbron delen en verschillen in gevoeligheid voor visserij en eetbaarheid voor vis. Dit model weerspiegelt de minimaal noodzakelijke mate van complexiteit die nodig is om tot de bereikte resultaten te komen. Het vormt geen bewijs dat bepaalde fenomenen in de natuur ook voorkomen, maar laat zien dat ze kunnen voorkomen, en onder welke omstandigheden dat gebeurt. De resultaten geven daarmee richting aan toekomstig onderzoek. Bron: Wageningenur.nl