Brexit kan Nederlandse visrechten beperken
2 min readDe Brexit kan grote gevolgen hebben voor de Nederlandse visserij. Dit concluderen onderzoekers van Wageningen Economic Research en Wageningen Marine Research.
Belangrijk punt in de Brexit-onderhandelingen is de verdeling van de Exclusieve Economische Zone (EEZ). Dit is het stuk zee dat zich tot 200 zeemijl (360 kilometer) buiten de kust van het land uitstrekt. Elke Europese lidstaat heeft zijn eigen EEZ en binnen de EU mogen alle lidstaten in dit water vissen. Daarnaast worden de visquota, hoeveel vis er totaal mag worden gevangen, over de landen verdeeld.
De Britse EEZ beslaat een groot deel van de Noordzee en wordt veel bevist door vissers uit onder andere Nederland. ‘Met de aankondiging van Brexit heerst er veel onzekerheid onder Nederlandse vissers over toegang tot de visgronden en hoe de visquota verdeeld zullen worden’, zegt Mike Turenhout van Wageningen Economic Research. Met collega’s zette hij de cijfers op een rij in het tijdschrift EuroChoices.
In totaal zijn er ongeveer 35 Nederlandse schepen, die meer dan de helft van hun inkomsten uit Brits water halen. Op dit moment vangen de Nederlandse pelagische vissers bijna 60 procent van hun haring en makreel in Britse wateren. Voor de kottervissers is dit wat minder: 30 procent van hun vangst komt daar vandaan.
De Nederlandse visvangst is deels afkomstig van zogenoemde ‘vlagkotters’. Dit zijn schepen van Nederlandse eigenaren die vissen onder een buitenlandse vlag. De visveiling op Urk bijvoorbeeld krijgt ruim een kwart van haar vis aangeleverd van Nederlandse vissers die onder Britse vlag varen. Turenhout: ‘Het is nog onduidelijk of dit na Brexit ook mogelijk blijft en of er dan wellicht invoerrechten betaald moeten worden.’
Daar komt bij dat de Nederlandse platvisserij gebruik maakt van een pulstuig, waarmee vis met stroomstootjes wordt gevangen. Deze techniek verbruikt minder brandstof en de vissers kunnen er beter tong mee vangen, die meer oplevert. Maar het Verenigd Koningrijk is geen voorstander van deze techniek en het is de vraag of het pulstuig na Brexit nog wordt toegestaan. Turenhout: ‘De afgelopen jaren heeft de visserij veel profijt gehad van deze techniek. Als het niet meer wordt toegestaan, moeten de vissers uitwijken en de vraag is waar naartoe.’
Vorig jaar haalden de Nederlandse grote zeevissers 275 miljoen ton vis en schelpdieren binnen, ter waarde van 112 miljoen euro. De kottervisserij was goed voor 84 miljoen ton vis en garnalen, ter waarde van 343 miljoen euro. [Nieuwsbericht Resource – 6 september 2017]