Geen schadelijke effecten puls op vis en ongewervelden
5 min readDe schadelijke effecten van elektrische pulsen op vissen en ongewervelden zijn afwezig tot beperkt naargelang de onderzochte soort en de sterkte van de puls. Dat blijkt uit het doctoraatsonderzoek van ILVO-UGent onderzoeker Maarten Soetaert.
De meest gevoelige commerciële vissoort – kabeljauw – behoeft zeker verder onderzoek, én nog niet alle lange termijneffecten zijn uitgeklaard. Maarten Soetaert: “Op basis van mijn uitgebreide reeks experimenten en veldstudies durf ik stellen dat het gebruik van elektrische pulsen in de visserij veelbelovend is. De mogelijkheden van de techniek reiken in de toekomst ook verder dan het efficiënter opvangen van vis en garnaal. Toepassing van pulsen in een ontsnappingspaneel bijvoorbeeld kan de selectiviteit van het vistuig sterk verhogen”.
Het wat en waarom van pulsvisserij
Het gros van onze Belgische vloot vist met de boomkor, een type vistuig waarbij wekkerkettingen en klossen worden gebruikt om respectievelijk platvis en garnaal op te schrikken van de zeebodem. Dit doorgaans zware vistuigen wordt over de bodem gesleept, vaak met een significante bodemimpact en een aanzienlijk brandstofverbruik als gevolg. Bovendien is dit tuig weinig selectief waardoor er veel ongewenste bijvangst is, bijvoorbeeld van ondermaatse vissen, commercieel minder interessante vissen en ongewervelden.
Pulsvissen is op dit moment het best beschikbare alternatief voor het vangen van tong en garnaal. Bij deze techniek wordt het schrikeffect van de kettingen of klossen grotendeels vervangen door elektrische stimulatie door elektrodes die in de netopening gehangen worden. Deze produceren elektrische pulsen die garnaal doet opspringen of tong doet verkrampen waardoor deze ook zonder kettingen of klossen gevangen kunnen worden. Dit resulteert in een vermindering van bijvangst, bodemimpact en brandstofverbruik. In de Noordzee maken al bijna 100 vaartuigen, voornamelijk Nederlandse, gebruik van elektrische stimulatie. Meer dan 90% van deze vaartuigen gebruikt een kramppuls van 60-80 Hz voor het vangen van tong. Onder invloed van deze pulsen gaat tong, die doorgaans plat op de bodem ligt, in een kramp, buigt in een U-vorm en wordt zo gemakkelijk opgeschept door het visnet.
Voor garnaal wordt dan weer een puls van 5Hz gebruikt, die de garnaal doet opspringen van de bodem. Bij het (experimenteel) gebruik van elektrische pulsen rezen heel wat vragen over de mogelijke neveneffecten op de overleving, het gedrag en de voortplanting van de bodemdieren die er aan worden blootgesteld. Daarom analyseerde Maarten Soetaert tijdens zijn doctoraatsonderzoek de effecten van elektrische pulsen op vissen en ongewervelden, en onderzocht hij hoe elektrische pulsen kunnen bijdragen aan innovatie binnen de visserij.
Kunnen elektrische pulsen schadelijk zijn? De experimenten.
Borstelwormen, garnalen, tongen, kabeljauwen en zeebaarzen werden tijdens een reeks testen blootgesteld aan elektrische pulsen. Analyses betreffende gedrag, overleving en het voorkomen van letsels toonden aan dat het ene dier al gevoeliger is dan het andere. Bij borstelwormen werd geen enkel effect waargenomen. In de experimenten met garnalen werd het gezondheidseffect bekeken na een 20-malige blootstelling aan de tongpuls – een frequentie die vele malen hoger ligt dan die waaraan garnalen in open zee blootgesteld kunnen worden. De effecten van die blootstelling werden vergeleken met de effecten van blootstelling aan wekkerkettingen, en met de afwezigheid van blootstelling. Bij deze tests werd geen verschil in overleving gezien tussen de drie behandelingen. Maarten Soetaert: “Elektrische pulsen zijn dus niet schadelijker dan de klassiek gebruikte wekkerkettingen.”
Inzake platvis was Maarten Soetaert verrassend genoeg de eerste die experimenteel onderzoek uitvoerde naar mogelijke schade door elektrische pulsen. Blootstellingsexperimenten met tong bevestigden dat er een kramp optreedt bij pulsen met een frequentie hoger dan 40 Hz, gevolgd door een vluchtreactie. Sterfte, uitwendige of microscopische letsels aan de organen of skelet werden niet waargenomen. Dit wijst erop dat tong blootstelling aan elektrische pulsen goed kan weerstaan zonder directe of onomkeerbare letsels.
Tests met zeebaars leverden gelijkaardige resultaten op. Bij kabeljauw was dat niet het geval: kabeljauw die zich dicht tegen de elektrode bevond (op minder dan 20cm) bij blootstelling aan de commerciële kramppuls ondervond in 0-5% van de gevallen schade en bloedingen ter hoogte van de wervelkolom. Dit is echter beduidend minder dan de 0 tot 70% die werd waargenomen in andere studies met dezelfde opstelling en dezelfde soort, wat aantoont dat er ook grote verschillen kunnen zijn in gevoeligheid binnen dezelfde vissoort. Het is vooralsnog onduidelijk wat de oorzaak is van deze variatie. In elk geval nopen zowel deze resultaten als de onduidelijkheid over effecten op lange termijn tot verder onderzoek én tot voorzichtigheid, vooral met het oog op eventuele grootschaliger commerciële toepassing.
Innovatie in de visserij door elektrische pulsen
De toepassing van elektrische pulsen om de vangstefficiëntie te verhogen werd uitvoerig onderzocht en getest, maar elektrische pulsen kunnen ook in andere vormen worden toegepast, bijvoorbeeld om de selectiviteit van het net te verbeteren. Dit kan als aanvulling op een ontsnappingspaneel, een stuk net dat ingebouwd wordt in de buik van een visnet om ongewenste bijvangst van stenen, bodemdieren en kleine visjes te vermijden. Het nut van ontsnappingspanelen werd al meermaals bewezen, maar er werd steeds verlies van tong genoteerd. Tong heeft namelijk de reflex om te duiken, waardoor deze soort vaak door het paneel ontsnapt en de opbrengst voor de visser daalt.
Maarten Soetaert combineerde daarom zo’n ontsnappingspaneel met een elektrische kramppuls, om zo tong te beletten zich door het paneel heen te wringen. Bij toepassing van 80Hz kramppulsen in het ontsnappingspaneel met vierkante mazen met een breedte van 12cm werd het verlies van maatse tong, d.w.z. tong groter dan 24cm, teruggedrongen van 41 tot 17%. Uit deze resultaten blijkt duidelijk het potentieel van een ontsnappingspaneel met elektrische pulsen om bijvangst te verminderen zonder de vangst van maatse tong te beïnvloeden.
Conclusie
Dat pulsvisserij minder bodemberoering, brandstofverbruik en bijvangst met zich mee brengt is al langer bekend, maar de bezorgdheid over schade van elektrische pulsen bij vissen en andere zeedieren zorgde tot nu toe voor een grote terughoudendheid ten opzichte van deze techniek. Met zijn onderzoek toonde Maarten Soetaert aan dat dergelijke schade zelden voorkomt bij toepassing van pulsen zoals ze nu reeds gebruikt worden in de praktijk. Bij de afweging tussen klassieke boomkor en pulskor doet dat de balans nog meer doorwegen in het voordeel van de pulskor. Bovendien blijken elektrische pulsen ook te kunnen bijdragen tot de selectiviteit van het net bij toepassing in een ontsnappingspaneel. Het gebruik van elektrische pulsen kan dus in belangrijke mate bijdragen aan de verduurzaming van de bodemvisserij.
…………
Op woensdag 23 december 2015 om 16:30u verdedigt onderzoeker Maarten Soetaert zijn doctoraatsonderzoek “Elektrisch vissen: het verkennen van de veilige grenzen van elektrische pulsen voor mariene dieren en zijn potentieel voor verdere innovatie”. De openbare verdediging vindt plaats in zaal rector Vermeylen in het Pand, Universiteit Gent, Onderbergen 1, 9000 Gent
De promotoren van het doctoraat zijn Prof. Dr. Koen Chiers en Prof. Dr. A. Decostere, verbonden aan de Faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Gent, en Dr. Ir. Hans Polet, verbonden aan het Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek. [Ingezonden Persbericht151222: ILVO-UGent doctoraat]
Strijdbare Vissers,
Windturines op zee weg er mee
Zonnepanelen op de daken wat zal die vis lekker smaken.
Kortom:
Blijven jullie je maar verzetten ook vanwege de ecologische schade.
Als Visser hoor je niet bij het UWV aan te kloppen.
Sterkte met de strijd en geef vooral niet op.,
Hr. R. Kuijper